De Hellebaard

Het werkterrein van De Hellebaard VZW omvat het grondgebied van de fusiegemeente Herzele: deelgemeenten: Borsbeke, Herzele, Hillegem, Ressegem, Steenhuize-Wijnhuize, Sint-Antelinks, Sint-Lievens-Esse, Woubrechtegem.

 

Het doel van de vereniging is het bevorderen van de belangstelling voor en de kennis van het eigen heem in al zijn facetten. Zij streeft dit na door onderzoek, studie, publicaties en door het verzamelen van voorwerpen en oudheidkundige gegevens. Zij zet zich tevens in voor het behoud van het culturele erfgoed en laat niet na zowel het lokale gemeentebestuur, de culturele verenigingen als de bevolking hiervoor te sensibiliseren.
Ze ijvert voor het aanleggen van een databank (gegevensbestand, documentatiecentrum) over plaatselijke geschiedenis ten dienste van vorsers en van de lokale bevolking.
De heemkundige kring werkt samen met andere verenigingen voor het gezamenlijk uitwerken van initiatieven. Grensoverschrijdende initiatieven zijn steeds mogelijk.
De vereniging stelt zich onafhankelijk op ten aanzien van politiek en religie.

Ontstaan

In de herfst 2001 lanceerde het gemeentebestuur op aanzet van schepen Luc Hoorens een oproep om een “onafhankelijke” d.w.z. pluralistische heemkundige kring op te richten in Herzele.
Wat was de bedoeling?
Ik citeer: “meer kennis opdoen over de geschiedenis van Herzele en zijn deelgemeenten om op langere termijn te komen tot een zo volledig mogelijk naslagwerk …”.
Ondertussen werd die doelstelling enigszins bijgeschaafd. Een volledig naslagwerk is utopie. De geschiedenis is nooit volledig. Geschiedenis wordt voortdurend aangevuld en herschikt met nieuwe bevindingen en inzichten.
Vanuit dit oogpunt verzorgen we in ons tijdschrift telkens een aantal bijdragen tot de geschiedenis van Herzele: allerlei facetten komen er aan bod, van de prehistorie tot de jaren ’60 in de 20ste eeuw.Burgemeester Van Tittelboom en schepen Luc Hoorens schraagden het initiatief.
Een tiental geïnteresseerden gaf gevolg aan de oproep. De meesten waren al enkele jaren bezig met opzoekingwerk rond hun eigen deelgemeente. Van in den beginne werd de intentie uitgesproken om aan te sluiten bij het “Verbond van de kringen voor Heemkunde in Oost-Vlaanderen”.Er gingen enkele vergaderingen overheen om een en ander uit te zoeken en de gepaste mensen samen te brengen. Er werd een programma opgemaakt, een bestuur samengesteld, een taakverdeling opgesteld, administratieve afspraken gemaakt enz. De locale media werden ingeschakeld.
Op 15 mei 2002 was Robert Ruys, voorzitter van het “Verbond van de kringen voor Heemkunde in Oost-Vlaanderen”, te gast op een bestuursvergadering. Zijn enthousiasme werkte aanstekelijk.
Schepen Luc Hoorens beet zich vast in het project, stimuleerde de groep zoveel hij kon – en dat was heel veel – en op 25 oktober 2002 werd de heemkundige kring boven de doopvont gehouden in de lokalen van de Gemeentelijke Basisschool. De naam: De Hellebaard.

Van dan af ging het vlug.
In februari 2003 verscheen het eerste nummer van het driemaandelijkse tijdschrift.
De activiteiten volgden elkaar op. Het ledenaantal nam gestadig toe en uit hun talrijke aanwezigheid op die activiteiten bleek duidelijk dat we hier niet te doen hadden met papieren leden maar met echte geïnteresseerden, in diverse leeftijdsgroepen, met diverse opleiding en achtergrond.
Op 7 juli 2005 werd de heemkundige kring De Hellebaard omgevormd tot een VZW.

De naam De Hellebaard?

EEN HELLEBAARD UIT HERZELE

Deze hellebaard, symbool voor de jonge heemkundige kring van Herzele, is samen met andere archaeologica gevonden in de slotgracht van de lokale burcht.

Hij is vervaardigd uit gesmeed ijzer (resterende lengte 35,6 cm; resterende breedte 21,5 cm). De bijna verdwenen schacht loopt uit in een lange pin, die eerst is afgeplat en hoger ruitvormig tot rond is gesmeed. De ene zijde bestaat uit een waaiervormige bijl, waarvan de rand door contact met een hard voorwerp is omgeplooid. De andere zijde wordt gevormd door een haak met een concave basis en drie bovenliggende convexe weerhaken. Centraal in de haak bevindt zich het wapensmidmerk: drie ruiten met telkens vier bolletjes. De oorsprong van de hellebaard dient vermoedelijk in Zwitserland te worden gezocht. Het wapen heeft zich ontwikkeld uit de vroeg-middeleeuwse scramasax en evolueerde tot een stokwapen met een lange pin, respectievelijk geflankeerd door een bijl en een sterke weerhaak.

De hellebaard verschijnt in de literatuur tijdens het laatste kwart van de XIIIde eeuw en is voor het eerst
beschreven in het begin van de XIVde eeuw. Het wapen is in Zwitserland gebruikt bij de slag van Morgarten (1315) en bij deze van Sempach (1386). In de slag van Morat (1476) vertegenwoordigden
de hellebaardiers ongeveer 40 % van het voetvolk.

Na een lange bloei wordt de hellebaard vanaf het einde van de XVIde eeuw verdrongen door de handvuurwapens. Langzaam verdwijnt hij uit het militair arsenaal en devalueert tot een paradewapen (bv. de Zwitserse
wacht in het Vaticaan).

De hellebaard uit Herzele behoort tot een sterk geëvolueerd type, waarbij de pin volledig los staat van de bijl, terwijl de bijl zelf een waaiervormige snede draagt. Vergelijkbare exemplaren treffen we aan op
iconografisch bronnenmateriaal. We vermelden bijvoorbeeld een schilderij van A. Dürer, Christus voor het volk, ca. 1489 en een werk van J. Patenier, Landschap met soldaat, ca. 1520.

We kunnen de hellebaard uit Herzele dateren in XVd tot XVIc. Het zou echter te voorbarig zijn om dit wapen de associëren met het militair conflict in Herzele tijdens de opstand tegen Maximiliaan van Oostenrijk (1485) of met de latere beschieting van de burcht door de Spaanse troepen (1579). We moeten er immers rekening mee houden dat zulke bewapening courant op de burchtsite aanwezig was en dat de slotgracht een handig « depot » vormde voor onbruikbaar geworden materiaal.

Luk Beeckmans
EEN HELLEBAARD UIT HERZELE
Tekening Geert Welleman
Literatuur :
Beeckmans, L., Militaire archaeologica uit de burcht van Herzele,
Zottegems Genootschap voor Geschiedenis en Oudheidkunde,
Handelingen V, Zottegem, 1991.